‘Het voelt best goed als je ophoudt met bonken’

Bas Jacobs

Sinds 2015 is er weer sprake van lichte economische groei. Dat is nog geen reden voor een hosanna stemming, meent econoom Bas Jacobs. Als de economie was blijven doorgroeien op het lang jarig gemiddelde, waren we een tikkie rijker geweest. En of de nieuwe groei duurzaam is? “ Dankzij 5 miljard euro lastenverlichting pakt het begrotingsbeleid dit jaar netto neutraal uit voor onze economie. We zijn opgehouden met ons hoofd tegen de muur te bonken en ziedaar: de economie groeit weer wat. Het voelt best goed als je ophoudt met bonken.”

Volgens Jacobs is Nederland hard op weg om in een ‘verloren decennium’ terecht te komen. “We zijn nu heel erg blij – naar mijn idee ten onrechte – met 2 procent groei. Om het verlies een beetje goed te maken, moet je aan dubbele percentages denken. We leggen ons er bij neer dat we door de crisis 10 procent van het bbp structureel laten verdampen. De werkloosheid daalt nu licht, maar er is absoluut geen sprake van inhaalgroei. Het lijkt er op alsof de crisis permanent wordt. Misschien komt dit omdat we niet willen zien wat er macro-economisch aan de hand is of dit niet willen begrijpen.”

Een deel van de misgelopen groei komt volgens Jacobs op het conto van falend macro-economisch beleid. “Vergelijkbare landen als Engeland, Duitsland en de VS zijn op ons uitgelopen. Niet omdat die landen exceptioneel zijn, ze hebben gewoon een betere macro-economische politiek gevoerd. Engeland en de VS hebben een veel agressiever stimuleringsbeleid gevoerd, zowel monetair als budgettair. De Duitsers hadden geen woningmarktcrisis en geen pensioencrisis. Bovendien heeft Duitsland geen overheid die op grote schaal is gaan bezuinigen en lasten gaan verzwaren. Dat zijn binnenlandse factoren die Nederland in de hand heeft, maar doelbewust om politieke redenen niet of onvoldoende heeft aangepakt. Kijk naar het pensioendossier dat over de schutting is gekieperd naar een volgend kabinet. De huizenmarkt herstelt zich nu wel, maar op sommige plekken, zoals in Amsterdam, kun je je afvragen hoe duurzaam dat herstel is.”

Geen achtervang

Macro-economische ondersteuning vanuit de overheid is in de meeste Europese landen sinds 2008 nagenoeg afwezig geweest. “Met uitzondering van het monetaire beleid”, zegt Jacobs. “Draghi cum suis hebben monetair proberen te doen wat binnen hun mandaat past. Maar binnen dat mandaat is monetair beleid heel weinig effectief op dit moment. Niet alleen het begrotingsbeleid heeft tegen gewerkt, maar ook het feit dat we de financiële sector nog steeds niet op orde hebben. De Europese banken zijn nog altijd niet voldoende gesaneerd en gekapitaliseerd. Als er systeemproblemen ontstaan in de Europese financiële sector is de bankenunie niet zodanig paraat dat we die problemen aankunnen. Een Europees depositogarantiestelsel ontbreekt nog. En uiteindelijk is er onvoldoende budgettaire ‘achtervang’ voor noodoperaties.”

Ook de ‘dodelijke omhelzing’ tussen banken en overheden is nog altijd niet opgelost. “Overheden zijn in beginsel nog steeds primair verantwoordelijk voor de redding van hun eigen bankwezen. In landen met zwakke overheden en zwakke banken, zie je dat de lamme de blinde probeert te helpen. De hoop van de bankenunie is dat te doorbreken, maar dat lukt niet zolang er geen gezamenlijke Europese achtervang is. De Noord-Europese landen weigeren garant te staan voor Italiaanse banken. Politiek begrijpelijk, maar het geeft aan dat de zwakheden in Europa niet zijn weggenomen.”

Klem aan alle kanten

Het lijkt erop dat het grootscheepse opkoopprogramma van de ECB niet effectief kan zijn zolang de bank binnen haar mandaat blijft. Volgens Jacobs wachten financiële partijen nu af of de ECB wel of niet over haar mandaat heen zal gaan. “Alleen als de ECB buiten haar mandaat treedt met monetaire financiering of een hogere inflatiedoelstelling dan twee procent, kan er meer inflatie komen. Dan gaan de aandelenkoersen omhoog en dalen de wisselkoersen. Monetair beleid werkt nu alleen nog als de ECB iets doet wat ze niet mag. Dat is knap ingewikkeld. Als monetair beleid niet mag, zou je budgettair kunnen stimuleren. Maar dat mag ook niet! We hebben ons macro-economisch aan alle kanten klem gezet. We hebben ons opgesloten in een kooi en de sleutel weggegooid. We kunnen macro-economisch niets doen om de economie te ondersteunen en we hebben nog steeds overcapaciteit, nog steeds te veel werkloosheid en te veel bedrijven die onder hun volledige bezetting draaien. Het gevaar is dat de economie in de huidige situatie niet vanzelf terugkeert naar het lange termijn evenwicht. In normale omstandigheden zorgt de rente voor aansluiting tussen vraag en aanbod. Als de rente daalt, gaan we meer consumeren en investeren, maar gaan ook de wisselkoersen omlaag –het wordt immers minder aantrekkelijk in euro te beleggen – en dus nemen de exporten toe. Dit mechanisme is nu uitgeschakeld door de nul-ondergrens op de rente.”

“In een geldeconomie kan de rente niet ver onder nul zakken, terwijl je dat wel nodig hebt om het evenwicht te herstellen in de macro-economie”, zegt Jacobs. De economie heeft een ingebakken neiging om weg te glijden in stagnatie als de rente op nul staat. Dat zie ik als het grootste macro-economische risico van dit moment. Het ontbreken van dit herstelmechanisme wordt onvoldoende erkend door beleidsmakers bij CPB, DNB en het Ministerie van Financiën. De bestedingen kunnen eigenlijk alleen door een mirakel – denk aan een golf van optimisme of bubbels op de financiële en huizenmarkten – voldoende worden aangejaagd om uit die liquiditeitsval te ontsnappen. Als de pessimistische stemming aanhoudt – niet onwaarschijnlijk gezien de brexit, de coup in Turkije en de Amerikaanse presidentsverkiezingen – kunnen we alleen maar hopen en bidden dat het goed komt.”

De neiging om weg te glijden in een stagnatiescenario kun je volgens Jacobs alleen voorkomen met activistisch budgettair beleid. “Met de recordlage overheidsrente kun je investeren in onderwijs en onderzoek, de transitie naar duurzame energie, het klimaatproof maken van onze waterhuishouding en het wegwerken van knelpunten in onze infrastructuur. Publieke investeringen leiden op lange termijn tot structurele verbeteringen van onze economie. Dit is hét moment om dat te doen, maar we doen het niet. Geen enkele par tij heeft een serieuze investeringsagenda voor de overheid. Je kunt ook kijken naar een hervorming van het belastingstelsel, die niet alleen op de korte termijn vanwege het ‘smeergeld’ een gunstig effect heeft op de bestedingen maar op langere termijn ook het aanbod van de economie versterkt.”

Lichtpuntjes

Jacobs ziet lichtpuntjes in twee recente ambtelijke rapporten over begrotingsruimte en – een novum aan het ambtelijke front – over duurzame groei. Hij spreekt van een belangrijk signaal dat er weer wordt nagedacht over investeringen. “Al zie je tegelijk ook dat Den Haag sterk is gefixeerd op de begroting en niet op de economie als geheel. Het macro-perspectief ontbreekt. De oplossingen in deze rapporten zijn bovendien voornamelijk aanbodgericht. We hebben nu een vraagtekort in Europa en dat bestrijden we met een aanbodbeleid. Dat is het paard achter de wagen spannen. Ik zeg niet dat je geen structurele hervormingen en aanbod vergroten de maatregelen moet nemen, maar ik geloof niet dat je daarmee op een effectieve wijze de crisis aanpakt. Het is ondanks en niet dankzij het beleid van bezuinigingen en structurele hervormingen dat de economie zich herstelt.”

Jacobs merkt op dat de financiële architectuur van Nederland – banken, verzekeraars, pensioenstelsel, bedrijfsfinanciering, woningmarkt – sinds 2008 nog nauwelijks is hervormd. “Als het gaat over financiële architectuur en macro-economisch beleid vind ik dat we nog onvoldoende lering hebben getrokken uit de afgelopen jaren. Het gaat wat beter, maar dat komt ook doordat alle crisissen op een gegeven moment een keer ophouden. Mondjesmaat zie je dat de financiële sector wat uit de problemen komt. Wat zeker helpt is dat onroerend goed weer in waarde stijgt. Nu de huizenmarkt en de vastgoedmarkt opveren, zie je meteen dat de economie loskomt. Maar dat is een fragiele groei. We hebben nog steeds hele lange balansen met veel schuld. Als het economisch crescendo gaat, gaat de huizenmarkt mee. Maar als het daarna wat slechter gaat, is Leiden weer in last. In zekere zin zijn financiële risico’s en een ‘boom & bust’-achtige dynamiek ingebakken in onze economie.”

Gasgeven en remmen

In 2012 schreef Jacobs samen met 27 andere hoogleraren mee aan het Plan voor de woningmarkt. Onderdeel van het plan is het eigen huis op dezelfde manier te behandelen als spaargeld. “Het eigen huis onderbrengen in box 3 kan op een aantal manieren. Je kunt de netto woningschuld op dezelfde manier belasten als spaargeld. Over één ton waarde betaal je dan 1.200 euro per jaar. Als je hypotheekschuld groter is dan je huis, krijg je wat toe. Net als nu. Je zou ook de rente aftrekbaar kunnen maken tegen 30 procent, het tarief van box 3, en het eigenwoningforfait ophogen van 0,7 naar 4 procent. Dat zou het eindbeeld moeten zijn.

“Wat we nu hebben gedaan is een pleister plakken in box 1. Mensen mogen nog steeds de rente aftrekken, maar alleen als ze een annuïtaire of lineaire hypotheek hebben. Je geeft ze aan de ene kant een enorme prikkel om hypotheekschulden aan te gaan en niet hun eigen geld in het huis te stoppen. Tegelijkertijd dwing je ze wel om heel veel te sparen. Het is gasgeven en remmen tegelijk. En niet goed, want mensen in het spitsuur van hun leven komen hierdoor nog meer klem te zitten. Ook hier was het beter geweest de hypotheekrenteaftrek geleidelijk te beperken en tegelijk het eigenwoningforfait te verhogen. Na een x-aantal jaren heb je de

‘We hebben ons opgesloten in een kooi en de sleutel weggegooid’

renteaftrek tot 30 procent beperkt en het forfait naar 4 procent opgehoogd, en dan hevel je de zaak over naar box 3. Dan hoef je niet in te grijpen in de hypotheek-vorm die mensen kiezen en je hoeft ze niet te dwingen om af te lossen.”

Fiscaal curiosum

Wat betreft de belasting op kapitaalinkomsten is Nederland een buitenbeentje. “We zijn heel trots op een fiscaal stelsel dat je nergens in de westerse wereld tegenkomt. Ik noem het een fiscaal curiosum. Overal ter wereld belasten overheden rente en dividend. Daarnaast in de meeste gevallen ook vermogenswinst. In Nederland doen we geen van drieën. We belasten vermogen. Uiteindelijk is de forfaitaire vermogensrendementsheffing onafhankelijk van het rendement dat je behaalt op je beleggingen, maar alleen van je totale vermogen. Het is kortom een vermogensbelasting.”

“In Nederland willen we de vermogensheffing nu progressief maken. Terwijl we het grootste gat in ons fiscale regime laten bestaan door rente, dividend en vermogenswinst niet te belasten. In box 2 hebben we wel een belasting op vermogenswinst, maar daar hebben ondernemers allerlei loopholes om substantieel minder te betalen – bijvoorbeeld via het niet verrekenen van rente en de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten.

“Bij de introductie van het boxensysteem heeft Willem Vermeend allerlei onzinverhalen rondgebazuind dat een vermogenswinstbelasting niet mogelijk is. Maar kijk je om je heen, dan zie je dat deze in bijna alle westerse landen bestaat. Ik zeg niet dat-ie perfect werkt. Er zijn wel problemen mee. Mensen presenteren verliezen aan de fiscus en stellen winstneming uit. Dat komt doordat de overheid dergelijke effecten uitlokt. Als er geen renteverrekening plaatsvindt, wil je je winst niet realiseren om het rentevoordeel te incasseren. Als je een bedrijfsopvolgingsfaciliteit hebt, waarom zou je dan nu winst realiseren als je die met een belastingvoordeel kan doorschuiven naar je kinderen? Het is vooral een kwestie van fiscale techniek om een vermogenswinst belasting mogelijk te maken. Bij huizen en kunstwerken kun je de winst alleen bij realisatie vaststellen. Aandelen kun je gewoon op aanwasbasis belasten. Er wordt nu op gestudeerd. Alleen Wiebes heeft al gezegd dat de fiscus dit in de uitvoering niet kan bolwerken. Dat kan de overheid niet nog zoveel jaar volhouden, de Belastingdienst moet een keer op orde worden gebracht.”

Lappendeken

De fiscale behandeling van kapitaal in ruime zin (sparen, beleggen, huis, bedrijf, pensioen) is op dit moment een lappendeken, zegt Jacobs. “Huis en pensioen worden gezien als arbeidsinkomen, een bedrijf als kapitaalinkomen. Inkomen uit sparen en beleggen op privé niveau belasten we helemaal niet, daar hebben we een vermogensbelasting voor in de plaats gezet. Eigen huis en pensioen subsidiëren we grootschalig. Wat ik zou willen is dat we naar één regime gaan voor kapitaalinkomen, waarbij het niet uitmaakt of je spaart, belegt, een huis, onderneming of pensioen hebt. Omdat dit allemaal vermogensvormen zijn die onder hetzelfde regime vallen. Dan heb je ook allerlei fiscaal constructie werk de nek omgedraaid. En het betekent tevens dat verliezen en schulden aftrekbaar worden gemaakt. Allemaal zaken die we nu missen.”

Reactie toevoegen

 
Editie
Bas jacobs: ING heeft gelijk

Bas jacobs: ING heeft gelijk

Econoom Bas Jacobs valt in een post op Politieke Economie ING bij: het begrotingsbeleid van de afgelopen jaren is onnodig kostbaar geweest en heeft onnodig veel...

Bas jacobs: "hard op weg naar verloren decennium"

Bas jacobs: "hard op weg naar verloren decennium"

Dankzij 5 miljard euro lastenverlichting pakt het begrotingsbeleid dit jaar netto neutraal uit voor onze economie. Geen reden voor een hosannastemming, meent econoom...