Acht jaar IVR-registratie mag bij klant die niet meewerkt aan Wwft-onderzoek
(Kifid-uitspraak GC 2021-0793) In het kader van het Wwft-cliëntenonderzoek heeft Aegon de consument gevraagd om informatie te verstrekken over de opbouw van zijn spaarvermogen over een periode van twaalf maanden. De consument heeft die informatie niet verstrekt, omdat hij vindt dat Aegon te veel informatie opvraagt. Aegon heeft daarop de persoonsgegevens van de consument opgenomen in de Gebeurtenissenadministratie en het IVR, omdat de consument niet volledig meewerkte aan het cliëntenonderzoek. De Geschillencommissie oordeelt dat Aegon informatie over de opbouw van het spaarvermogen mocht opvragen bij de consument en dat Aegon de persoonsgegevens van de consument mocht opnemen in de interne registers.
De commissie heeft “sympathie voor het standpunt van de consument, maar volgt uiteindelijk toch het standpunt van Aegon. Er wordt door de wetgever en toezichthouder – en overigens ook door de samenleving – veel van financiële instellingen verwacht op het punt van hun poortwachtersrol en daarmee van het cliëntenonderzoek dat zij dienen te verrichten. Vanuit dat licht bezien oordeelt de commissie dat Aegon informatie over de opbouw van het spaarvermogen noodzakelijk mocht achten voor het cliëntenonderzoek.
“Hiervoor is al vastgesteld dat informatie over de opbouw van het spaarvermogen over een periode van twaalf maanden noodzakelijk was voor een adequaat cliëntenonderzoek. De consument heeft deze informatie echter niet willen verstrekken en daardoor heeft Aegon het cliëntenonderzoek niet naar behoren kunnen verrichten. Het feit dat de consument niet volledig wilde meewerken aan het cliëntenonderzoek is een omstandigheid die ‘speciale aandacht’ behoeft, omdat deze omstandigheid van belang is voor de veiligheid en integriteit van Aegon. Naar het oordeel van de commissie heeft Aegon daarmee een gerechtvaardigd belang bij de registratie.
“De commissie benadrukt dat in de registers enkel is opgenomen dat de consument niet heeft meegewerkt aan het onderzoek naar de herkomst van het vermogen. De commissie oordeelt dat het belang van Aegon bij registratie van de gegevens van de consument in het IVR zwaarder weegt dan het mogelijk nadelige effect dat de registratie voor consument heeft. Daarbij is van belang dat de registratie in het IVR zuiver intern is: financiële instellingen die geen deel uitmaken van de Aegon-groep hebben geen toegang tot de persoonsgegevens van de consument in het IVR. De consument wordt dus niet belemmerd in zijn mogelijkheden om met een andere financiële instelling een (bancaire) relatie aan te gaan. Tot slot is wat betreft de duur van de registratie niet gebleken van omstandigheden die tot de conclusie leiden dat de duur van acht jaar disproportioneel is. Gelet hierop is de commissie van oordeel dat de consument niet disproportioneel in zijn belangen wordt geraakt door de interne registratie van zijn persoonsgegevens voor de duur van acht jaar.”
Reactie toevoegen
Meer over
Geldverstrekker hoefde notariskosten niet te vergoeden in erfpachtkwestie
(Kifid-uitspraak GC 2024-0237) De Geschillencommissie is van oordeel dat het beleid van de kredietverstrekker om - bij omzetting naar eeuwigdurend recht van erfpacht...
Adviseur heeft geen resultaatsverplichting
(Kifid-uitspraak GC 2024-0240) De financieringsaanvraag van de consumenten is door de geldverstrekker afgewezen omdat het onderpand niet paste binnen de acceptatievoorwaarden....
Verzekeraar eiste terecht alle originele selutels
(Kifid-uitspraak GC 2024-0242) De verzekeraar heeft dekking afgewezen voor de diefstal van de camperbus van de consument, omdat hij niet alle originele sleutels...
Adviseur wees onvoldoende op risico's overbruggingskrediet
(Kifid-tussenuitspraak GC 2024-231A) De Geschillencommissie is van oordeel dat de adviseur de consumenten in de gegeven omstandigheden onvoldoende heeft gewezen...
Verbond pleit voor uitvoerbaarheid en samenwerking bij Sanctiewet en Wwft
Algemeen directeur Richard Weurding van het Verbond pleitte tijdens een rondetafel met Kamerleden van VVD, NSC, D66 en PVDA/GroenLinks voor betere uitvoerbaarheid...
Geen recht op contra-expertise schade tegenpartij
(Kifid-uitspraak GC 2024-0206) De consument wil dat de verzekeraar een contra-expert inschakelt om de schade van de tegenpartij te beoordelen. De verzekeraar heeft...
Geschillencommissie spoelt argumenten verzekeraar door
(Kifid-uitspraak GC 2024-0205) Consument 1 heeft een tuinslang aangesloten op de mengkraan in de keuken. Met de tuinslang heeft hij het balkon schoongemaakt. Vervolgens...
In hoeverre is bewijs vereist van strafbaar gedrag?
Rabobank mag toch beroep instellen tegen uitspraak 2023-0920 van de Geschillencommissie Kifid. De voorzitter van de Commissie van Beroep: "De uitspraak van de Geschillencommissie...
Laatste woord over ‘duurzame drager’ in Mijn-omgeving nog niet gezegd
Vanwege het principiële karakter mag Achmea toch beroep aantekenen tegen Kifid-uitspraak GC 2023-0988, waarin de Geschillencommissie oordeelt dat het verstrekken...
Consument moet kennis kunnen nemen van voorwaarden
(Kifid-uitspraak GC 2024-0157) De Geschillencommissie is van oordeel dat de consument namens de VvE onvoldoende kennis heeft kunnen nemen van de verzekeringsvoorwaarden....