Einde premiedaling nog niet in zicht

Dion van der Mooren MoneyView 2019

Sinds 1993 houdt MoneyView de premies van overlijdensrisicoverzekeringen bij. In het Special Item dat elk jaar in januari verschijnt, is te lezen hoe deze zich in vanaf 2002 ontwikkelen. In dat jaar werd de euro ingevoerd en heeft MoneyView de profielen herzien en gestandaardiseerd, op basis waarvan de voortschrijding van premies wordt bijgehouden.

MoneyView streeft sinds de oprichting in 1993 naar maximale transparantie van financiële producten. Vanaf het begin publiceert het bedrijf vergelijkingen waarin een zo groot mogelijk deel van de verkrijgbare producten wordt betrokken en getoond. Tegenwoordig lijkt dit vanzelfsprekend. In de beginjaren was dat zeker niet het geval. De meeste verzekeraars waren terughoudend met het beschikbaar stellen van de door MoneyView gevraagde informatie. De product- en premiegegevens werden hoofdzakelijk gebruikt in een vergelijkingsapplicatie voor banken en verzekeraars. Hiermee konden productmanagers eigen producten benchmarken met die van de concurrenten. MoneyView stelde een belangrijke voorwaarde aan het gebruik van de applicatie: wie deze wilde gebruiken, moest ook met de eigen producten opgenomen zijn in de database. Naarmate het aantal afnemers toenam, groeide zo ook de inhoud.

‘De meeste verzekeraars waren terughoudend met het beschikbaar stellen van de gevraagde informatie’

Financieel adviseurs maakten in die tijd nog nauwelijks gebruik van vergelijkingsmogelijkheden. Er werd doorgaans bemiddeld voor een beperkt aantal aanbieders, daartoe gestimuleerd met aan omzet gerelateerde bonussen die fors konden oplopen. Zelf goede vergelijkingen maken was bovendien geen sinecure. Het kostte de adviseur veel tijd om berekeningen te maken in allerlei verschillende berekeningsprogramma’s die verzekeraars hen toestuurden. Offertesoftware was soms nog in MS DOS gemaakt en updates werden verspreid via diskettes per post. MoneyView vroeg premies op bij verzekeraars aan de hand van invulbladen met zogenaamde maatmannen, per fax en later via e-mail. De premies werden door de verzekeraar ingevuld, waarna MoneyView deze in de database zette.

De versnelling kwam vanaf 2002 met de opkomst van internetvergelijker Independer. MoneyView leverde de productdata en faciliteerde de premieberekeningen. Voor het eerst konden consumenten zelf producten vergelijken en berekenen. Met slimme marketing wist Independer de massa te bereiken. Daarna duurde het niet lang voordat de impact doordrong tot verzekeraars: wie niet op Independer stond, had een forse achterstand ten opzichte van de concurrent die wel informatie leverde. Adviseurs kregen in 2007 te maken met de Wet op het financieel toezicht. Adviseurs werden geacht een gedegen vergelijking te maken, voordat een keuze werd gemaakt voor het te adviseren product. De onderbouwing van deze keuze moest worden vastgelegd. MoneyView speelde hierop in met de intermediaire applicaties Advisa, waarmee voorwaarden vergeleken konden worden en AeQuote voor het berekenen van premies en opbrengsten. De vergelijkingsrapportages uit deze applicaties voldeden aan de eisen die de Wft stelde aan het vastleggen van de gemaakte productkeuze.

Dankzij deze ontwikkelingen is het min of meer vanzelfsprekend geworden dat aanbieders met hun producten beschikbaar willen zijn in vergelijkingsapplicaties, zowel op internet als voor adviseurs. Het overzicht dat MoneyView over de markt heeft is sindsdien nagenoeg volledig. Deze toegenomen transparantie draagt er tevens aan bij dat producten op veel rationelere grondslagen worden ontwikkeld dan voorheen.

Ontwikkeling aantal aanbieders

In 2002 omvatte de vergelijking 33 aanbieders, met illustere verzekeraars als Royal Nederland, Zurich en Zwolsche Algemeene. Tot eind 2006 bleef het aantal aanbieders vrijwel ongewijzigd. Er viel een aantal grote namen weg, zoals AMEV, Stad Rotterdam, Nieuw Hollandse Lloyd en Bouwfonds. Hun plek werd ingenomen door nieuwkomers als MoneYou, Cardif en Conservatrix. In 2007 steeg het aantal aanbieders flink naar 41 om in 2008 tot het hoogste aantal van 43 aanbieders te komen. In die periode kwamen er naast aanbieders zoals Leidsche, Paerel Leven, DELA en Woonfonds ook nieuwe soorten aanbieders bij zoals Innofin, Nationale Hypotheek Pas, Azenz, Dazure, TAF en Xtensive. Dat waren geen traditionele levensverzekeraars dus maar volmachtbedrijven, die met een of meerdere verzekeraars samenwerkten en onder eigen label een verzekering in de markt zetten. Grote namen verdwenen ondertussen van het toneel, waaronder AXA, DBV, Cordares en Winterthur.

Dion van der Mooren: ‘Gemiddelde ORV-premie sinds 2002 met ruim 60 procent gedaald’

‘Na het voorlopige dieptepunt in 2012 met slechts 24 aanbieders kwamen er weer nieuwe spelers de markt op’

In de jaren daarna nam het aantal aanbieders af, vooral door overnames en fusies. Zo zijn Falcon Leven, Interlloyd en Paerel Leven in 2009 gestopt, maar ook aanbieders die nog niet zo heel lang op de markt waren verdwenen in de jaren daarna van de markt, zoals Azenz, Xtensive, MoneYou en Loyalis. Na het voorlopige dieptepunt in 2012 met slechts 24 aanbieders kwamen er weer nieuwe spelers de markt op, onder andere Brand New Day, Callas, DAK, GoedGenoeg (met de pakkende productnaam ‘Dood gaan’) en de Belgische verzekeraar Patronale.

Sinds 2014 daalt het aantal aanbieders jaarlijks gestaag. Door fusies zijn grote namen als Delta Lloyd en Generali verdwenen. Het vervallen van de verplichting om bij een hypotheek een overlijdensrisicodekking te sluiten, leidde tot het terugtrekken van aanbieders zoals Florius en Woonfonds. De laatste grote naam die de markt heeft verlaten is Aegon in maart 2020. Bij het vertrek werd bekendgemaakt dat Aegon klanten door zal verwijzen naar Hera Life, de meest recente toetreder. Dat betekent dat er sinds 2018 geen nieuwe aanbieders meer bijgekomen zijn. Momenteel zijn er achttien partijen die overlijdensrisicoverzekeringen in het assortiment hebben.

Premieontwikkeling

In de grafiek worden de ontwikkelingen getoond van de hoogste, gemiddelde en laagste premie, waarbij de gemiddelde premie van 2002 op een index van 100 is gezet. Belangrijk om aan te stippen is dat er in de cijfers van 2012 voor het eerst sprake was van sekseneutrale tarieven. De overgang is duidelijk zichtbaar door scherpe daling van de verschillen tussen de hoogste en laagste premies. Alle aanbieders moesten in 2012 hun tarieven aanpassen, wat er toe leidde dat het verschil tussen de duurste en goedkoopste aanbieder opeens een stuk kleiner is geworden. Voor de invoering van de sekseneutrale tarieven was de premie van de duurste aanbieder nog bijna drie keer zo hoog als die van de goedkoopste. Eind 2012 is dat verschil gedaald naar 1,8. Een kleine vertekening is hier veroorzaakt doordat één verzekeraar eind 2012 nog niet klaar was met deze aanpassing, waardoor hij het product tijdelijk van de markt moest halen. In 2013 kwam deze maatschappij alsnog met sekseneutrale tarieven, maar was daarmee gelijk de duurste in de markt, waardoor het verschil tijdelijk weer even opliep. Toch daalde het verschil daarna weer naar 1,9 en is het de afgelopen jaren weer iets opgelopen. De afgelopen jaren is het beeld redelijk stabiel en is de duurste aanbieder al enige tijd zo’n 2,2 keer zo duur als de goedkoopste.

Een andere significante aanpassing is het provisieverbod dat per 1 januari 2013 in werking is getreden. Hiervoor heeft MoneyView een correctie op de premies van voor die tijd toegepast, zodat deze ingrijpende wijziging geen invloed heeft op het totaaloverzicht.

Concurrentie

Uit de cijfers van MoneyView blijkt dat de gemiddelde premie sinds 2002 met ruim 60 procent is gedaald. Als we naar de laatste tien jaar kijken is de daling 40 procent. In het afgelopen jaar is de gemiddelde premie met vijf procent gedaald ten opzichte van vorig jaar; het jaar hiervoor was de daling nog vier procent. De laagste premie is gemiddeld 3,4 procent gedaald en de hoogste premie is gemiddeld 2,9 procent lager dan vorig jaar. Ondanks het beperkte aantal aanbieders is de onderlinge concurrentie nog steeds hevig. Het einde van de premiedalingen lijkt dan ook nog niet in zicht.

Dion van der Mooren is senior onderzoeker Leven & Pensioen bij MoneyView.

Reactie toevoegen

 
Meer over
MoneyView: "Assurantiebelasting op reisverzekeringen ratjetoe"

MoneyView: "Assurantiebelasting op reisverzekeringen ratjetoe"

De assurantiebelasting op reisverzekeringen is in de praktijk een onnavolgbaar ratjetoe. MoneyView stelde een min of meer vergelijkbaar pakket samen met bij reisverzekeringen...

MoneyView in VVP 2-2024: “Onbegrijpelijk dat dit anno 2024 nog kan”

MoneyView in VVP 2-2024: “Onbegrijpelijk dat dit anno 2024 nog kan”

“Als je nu kijkt wat voor producten ‘laten beleggen’ er worden aangeboden en welke informatie hierover voorafgaand aan het openen van zo’n...

Schimmigheid over portefeuille ‘laten beleggen’

Schimmigheid over portefeuille ‘laten beleggen’

(Dion van der Mooren, MoneyView, in VVP 2-2024) Zeker voor mensen die zich niet willen verdiepen in alle losse beleggingsmogelijkheden die een normale beleggingsrekening...

Stijging spaarrente zwakt weer af

Stijging spaarrente zwakt weer af

Na een jaar waarin de spaarrentetarieven een enorme stijging hebben laten zien bij zowel de dagelijks opvraagbare spaarrekeningen (DOS) als lange termijndeposito’s...

Op Raisin wordt meer dan 100 miljoen euro per week aan spaargeld gestald

Op Raisin wordt meer dan 100 miljoen euro per week aan spaargeld gestald

De spaarrentes in Nederland zijn weer terug op het niveau van tien jaar geleden, blijkt uit onderzoek door MoneyView. Op 1 maart was het gemiddelde rentetarief 2,5...

MoneyView in VVP 1-2024: personalised pricing niet misbruiken

MoneyView in VVP 1-2024: personalised pricing niet misbruiken

MoneyView roept in VVP 1-2024 verzekeraars op geen misbruik te maken van personalised pricing. Pepijn van Kleef, directeur, somt voorbeelden uit het buitenland op...

MoneyView: "Opletten bij verhogen en verlagen AOV-dekking"

MoneyView: "Opletten bij verhogen en verlagen AOV-dekking"

MoneyView constateert grote verschillen in de voorwaarden verhogings- en verlagingsrecht AOV. Het onderzoeksbureau bij de publicatie van zijn nieuwe Special Item...

Personalised pricing

Personalised pricing

(Pepijn van Kleef, MoneyView, in VVP 1-2024) Het heeft het nieuws niet écht gehaald. Er zijn geen kamervragen gesteld, er zijn nog geen collectieve claimstichtingen...

MoneyView maakt hypothekendatabase compleet

MoneyView maakt hypothekendatabase compleet

MoneyView heeft ook de hypotheken van Handelsbanken opgenomen in haar database. Het productoverzicht voor de particuliere markt is hiermee compleet, met van elke...

Gemiddeld orv-premie in de lift

Gemiddeld orv-premie in de lift

De gemiddelde premie van een overlijdensrisicoverzekering is in 2023 met 2,7 procent gestegen ten opzichte van het jaar ervoor, zo blijkt uit het jaarlijkse onderzoek...