Kleine bedrijven gaan minder betalen

Marjol Nikkels 2019

(Marjol Nikkels, CS Opleidingen, in Ken je vak! VVP 5-2020) Werkgevers klagen al enige tijd over de hoge lasten van ziekte en arbeidsongeschiktheid. De politiek heeft zich dan ook over de vraag gebogen hoe deze lasten verlaagd kunnen worden en hoe de WIA meer activerend te maken is. De oorspronkelijke plannen uit het regeerakkoord Rutte 3 werden in december 2018 van tafel geveegd. Daar zijn inmiddels andere maatregelen voor in de plaats gekomen. Wat is de laatste stand van zaken?

Om de lasten voor werkgevers te verlagen, zou er per 2021 een korting van 1.200 euro op de Aof-premie komen. Aof staat voor Arbeidsongeschiktheidsfonds. Hieruit worden onder meer de IVA- en WAO-uitkeringen betaald, maar ook de WGA-uitkeringen die langer dan tien jaar lopen. Het ging om een tijdelijke regeling, die in 2024 vervangen zou worden door een systeem met gedifferentieerde premies. Kleine werkgevers betalen dan een lagere premie dan grote werkgevers.

De premiekorting gaat echter nog niet per 2021 in, omdat dit niet uitvoerbaar is voor de Belastingdienst. Er is voor 2021 echter wel al een budget van 450 miljoen gereserveerd voor de lastenverlichting voor kleine bedrijven. Nu de premiekorting nog niet lukt voor 2021 wordt het bedrag van 450 miljoen doorgeschoven naar 2022, zodat de premiedifferentiatie feitelijk eerder in kan gaan. Concreet betekent dit dat kleine werkgevers eenmalig in 2022 een extra verlaging van hun Aof-tarief ontvangen van 300 miljoen euro en in 2023 van 150 miljoen euro, bovenop de verlaging die met de invoering van het wetsvoorstel is voorzien.

Twee categorieën werkgevers

Momenteel geldt voor alle werkgevers een gelijke basispremie voor het Aof, namelijk de basispremie WAO/WIA. Op 1 januari 2022 wordt de premie zoals gezegd gedifferentieerd, dat wil zeggen: afhankelijk van de loonsom. Hiervoor worden werkgevers in twee categorieën ingedeeld: kleine werkgevers, met een loonsom tot en met 25 maal het gemiddelde premieplichtige loon per werknemer per jaar en middelgrote en grote werkgevers, met een loonsom groter dan 25 maal het gemiddelde premieplichtige loon per werknemer per jaar. UWV berekent per werkgever of het een kleine of (middel)grote werkgever betreft. Volgens het wetsvoorstel mag het verschil tussen de hoge en lage premie maximaal twee procentpunt bedragen.

‘Juist met bekortingsverzoeken kan de loonsanctieperiode aanzienlijk verminderd worden’

Op dit moment is voor de gedifferentieerde premie bij de Werkhervattingskas de grens tussen klein en middelgroot nog gebaseerd op tien maal het gemiddelde premieplichtige loon per werknemer. Deze grens gaat met de invoering van de gedifferentieerde Aof-premie ook omhoog naar 25 maal het gemiddelde premieplichtige loon per werknemer. Dit biedt meer duidelijkheid voor werkgevers en gemak voor de uitvoering.

Advies bedrijfsarts leidend

Een andere maatregel is dat het medisch advies van de bedrijfsarts leidend wordt bij de beoordeling van de re-integratie-inspanningen. Vanaf 1 september 2021 is de verzekeringsarts niet meer bij deze RIV-toets betrokken. RIV staat voor het Re-integratieverslag dat ter onderbouwing van de WIA aanvraag ingeleverd moet worden.

Het is een grote ergernis voor werkgevers dat er soms een loonsanctie volgt als men keurig de adviezen van de bedrijfsarts heeft opgevolgd. Wie denkt dat hij alles goed heeft gedaan kan van een koude kermis thuiskomen, omdat de UWV-verzekeringsarts een ander oordeel heeft dan de bedrijfsarts. Vanaf 1 september 2021 kan hiervoor geen loonsanctie meer gegeven worden. De minister is van mening dat een werkgever op het advies van zijn bedrijfsarts moet kunnen vertrouwen.

Verder heeft de minister laten onderzoeken wat er in het loonsanctiejaar gebeurt. In 2018 leidde bijna twaalf procent van de ruim 25.000 RIV-toetsen tot een verlenging van de loondoorbetalingsperiode. Na afloop van de verlengingsperiode stromen minder werknemers de WIA in dan normaal: 46 versus 67 procent. Een kwart van de werknemers zet de WIA-aanvraag niet door na de verlenging. De overige 29 procent zet de aanvraag wel door, maar wordt afgewezen. In meer dan de helft van de gevallen vindt er vervolgens werkhervatting plaats.

Verder blijkt uit het onderzoek dat na een opgelegde loonsanctie maar liefst 63 procent van de werkgevers geen poging doet om de verlengingsperiode te bekorten. Dit vind ik onbegrijpelijk, want juist met bekortingsverzoeken kan de loonsanctieperiode aanzienlijk verminderd worden.

Naast ruim 3.000 loonsancties is in 2018 ook ruim 2.000 keer door werkgever en werknemer gekozen voor een vrijwillige verlenging van de loondoorbetaling. Wat opvalt, is dat er bij bijna tweederde van de vrijwillige verlengingen geen WIA-aanvraag volgt en dat 1,5 jaar later deze groep nog steeds een dienstverband bij de werkgever heeft.

Vijf jaar geen herbeoordeling WIA

Goed nieuws is ook dat vanaf 2021 het UWV gedurende de eerste vijf WIA-jaren geen herbeoordeling doet op basis van de praktische verdiencapaciteit (de werkelijke inkomsten uit arbeid die werknemer verdient). Door deze herbeoordeling liepen WIA-gerechtigden het risico in de categorie 0-35 procent arbeidsongeschiktheid uit te komen en zo hun uitkering kwijt te raken. Door de eerste vijf jaar geen herbeoordeling te doen, hebben WIA-gerechtigden de tijd zonder risico uit te proberen of ze het werk structureel kunnen volhouden. Is er sprake van volledig herstel, dan kan de werknemer wel binnen vijf jaar zijn WIA-recht kwijtraken, maar dus niet op basis van het feit dat hij meer is gaan verdienen.

Aanbevelingen voor de WIA

Ondertussen blijft de alsmaar stijgende WIA-instroom een bron van zorg. De stijging komt voor een belangrijk deel voor rekening van mensen in de leeftijdscategorie 55 jaar en ouder. Mensen moeten langer doorwerken en naarmate mensen ouder worden, neemt de kans op gebreken en daarmee arbeidsongeschiktheid toe.

In augustus 2020 heeft de Stichting van de Arbeid aanbevelingen gedaan hoe de arbeidsparticipatie van volledig en gedeeltelijk arbeidsongeschikten kan worden verhoogd. De Stichting bepleit een fundamentele discussie, omdat de WIA op onderdelen niet (meer) werkt.

De arbeidsdeelname van 35-minners is om verschillende redenen te laag en de WGA is te vaak een voorportaal om later alsnog in de IVA te komen. Werkgevers ervaren de lasten en verantwoordelijkheden als hoog. En werknemers vinden de beoordeling van de mate van arbeidsongeschiktheid vaak te theoretisch en daardoor niet passend bij hun persoonlijke situatie. Een van de adviezen is dan ook dat er bij de claimbeoordeling meer aandacht gegeven moet worden aan de reële schatting van iemands verdiencapaciteit.

Het is aan het nieuwe kabinet om in 2021 nieuwe plannen voor de WIA te presenteren. We blijven de ontwikkelingen graag voor u volgen.

Reactie toevoegen

 
Meer over
Ommekeer ten goede bij ziekteverzuim

Ommekeer ten goede bij ziekteverzuim

Het ziekteverzuim onder werknemers was in het derde kwartaal van 2023 4,8 procent. Net als in de eerste twee kwartalen van dit jaar was het verzuim lager dan een...

RSC: afsluiten re-integratiespoor 1 miskent praktijk

RSC: afsluiten re-integratiespoor 1 miskent praktijk

Het Register Specialistisch Casemanagement (RSC) raadt met klem af werkgevers de mogelijkheid te geven om na het eerste ziektejaar re-integratiespoor 1 af te sluiten,...

RADI AOV: update kennisdocument verplichte AOV

RADI AOV: update kennisdocument verplichte AOV

RADI AOV heeft haar kennisdocument over de verplichte AOV voor zelfstandigen geactualiseerd. Deze 2.0 versie is een update van de 1.0 versie van juni 2023. Aan...

Internetconsultatie tijdelijke maatregel WIA-beoordelingen

Internetconsultatie tijdelijke maatregel WIA-beoordelingen

Minister Van Gennip is de internetconsultatie gestart van de tijdelijke maatregel ‘Praktisch beoordelen’. Dit houdt in dat alleen op basis van wat mensen...

Praktische oplossingen om WIA uitvoerbaar te houden

Praktische oplossingen om WIA uitvoerbaar te houden

(Marjol Nikkels, CS Opleidingen, in Ken je vak! VVP 5-2023) De vereenvoudigde WIA-beoordeling voor 60-plussers wordt nog verlengd tot en met 31 december 2024....

Grote rol adviseur bij arbeidsongeschiktheid

Grote rol adviseur bij arbeidsongeschiktheid

(Uit VVP 4) Hoe groot de rol van de financieel adviseur ook ná het tot stand komen van de AOV kan zijn, maakte Annemieke Postema duidelijk in de kennissessie...

Daling verzuim onder zorgmedewerkers zet door

Daling verzuim onder zorgmedewerkers zet door

Het verzuimpercentage onder zorgmedewerkers over het derde kwartaal van 2023 komt uit op 6,9. Dat is een daling van 6,4 procent ten opzichte van 2022. Ook in het...

Onjuiste communicatie rond WIA Excedent kost werkgever bijna half miljoen

Onjuiste communicatie rond WIA Excedent kost werkgever bijna half miljoen

(Rechtspraak) Eiser mocht er op vertrouwen dat zijn werkgever een WIA Excedent verzekering had afgesloten. Aldus vernietigt het Gerechtshof Amsterdam eerder vonnis...

Ziekteverzuim: kostenpost én kans

Ziekteverzuim: kostenpost én kans

(Partner in Kennis Avéro Achmea in VVP 4, 2023) Het ziekteverzuim in Nederland stijgt. In 2022 kostte dat werkgevers maar liefst 27 miljard euro. Nooit...

Internetconsultatie wijziging van de re-integratieverplichtingen in het tweede ziektejaar

Internetconsultatie wijziging van de re-integratieverplichtingen in het tweede ziektejaar

Minister Van Gennip van SZW is de internetconsultatie gestart van het wetsvoorstel wijziging van de re-integratieverplichtingen in het tweede ziektejaar. Het concept-wetsvoorstel...