Kifid: "Te laat klagen, vordering afgewezen"

Kifid 2017 (deel logo)

(Kifid-uitspraak GC 2023-0780 (Bindend) Een consument voert tegen ING twee klachtonderdelen aan. Hij beklaagt zich over het verloop van het aanvraagtraject voor de hypotheek en hij beklaagt zich erover dat de verkregen financiering niet aan zijn verwachtingen voldeed.

De consument heeft een nieuwbouwwoning gekocht voor na zijn echtscheiding. De oude woning van de consument was gefinancierd met een geldlening van de bank van 257.293,38 euro. Daarop was een variabele rente van toepassing met een opslag van 0,4 procent. Voor de financiering van de nieuwbouwwoning en de advisering daarbij heeft de consument zich gewend tot ING. De bank heeft een adviesrapport uitgebracht dat dateert van 12 maart 2020. Daarin staat dat op 7 februari 2020 een adviesgesprek heeft plaatsgevonden met de consument. De financieringsbehoefte van de consument is vastgesteld op 628.000 euro.

Eind maart 2020 heeft de consument een geldlening met de bank gesloten met een hoofdsom van 628.000 euro. De geldlening bestaat uit meerdere leningdelen. Een deel is aflossingsvrij en het andere deel op basis van annuïteiten. Voor het aflossingsvrije deel is een rentetarief van 1,8 procent effectief per jaar overeengekomen. Voor het annuïteiten deel een tarief van 1,6 procent effectief per jaar. Voor beide leningdelen is de rente voor 10 jaar vastgezet.

In oktober 2022 heeft de consument zich bij de bank beklaagd over het aanvraagtraject en de tot stand gekomen financiering. Een nadere uitwisseling van standpunten heeft niet tot een oplossing van het geschil geleid waarna de consument een klacht bij Kifid heeft ingediend.

De consument vordert een schadevergoeding van de bank, die hij heeft begroot op netto 487.692,12 euro en indien over die schadevergoeding inkomstenbelasting verschuldigd is 729.099,72 euro. De consument had een hypotheek bij de bank. Het betrof een Euribor-hypotheek. Dit was een aflossingsvrije hypotheek met een rente gelijk aan de Euribor rente plus een opslag van 0,4 procent. Deze voorwaarden waren gunstig voor de consument en hij heeft met de adviseur van de bank in 2018 al afgesproken dat hij deze lening mocht meenemen als hij een nieuwe woning kocht. Op basis van deze toezegging heeft de consument de keuze gemaakt voor de aankoop van (de grond voor) de nieuwbouwwoning en voor het aanvragen van een (aanvullende) financiering hiervoor bij de bank.

Deze afspraak is de bank echter niet nagekomen, zo zegt de consument. In november 2019 kreeg de consument een andere adviseur van de bank toegewezen. Deze erkende de afspraken die de consument met de vorige adviseur had gemaakt niet. Bovendien heeft de bank het aanvraagtraject van de financiering zo getraineerd dat de
consument het aanbod van de bank in maart 2022 wel moest accepteren omdat hij anders zijn verplichtingen uit de koopovereenkomst van de grond niet zou kunnen nakomen. Het aanvraagtraject heeft 17 maanden geduurd. Dit kwam met name doordat de bank de consument steeds om nieuwe stukken vroeg en elke keer weer
aanvullende eisen stelde.

De consument heeft de financiering inmiddels overgesloten bij een andere geldverstrekker. Daarna heeft hij zich bij de bank beklaagd over het niet nakomen van de toezegging om de Euribor-hypotheek mee te nemen en over de werkwijze van de bank tijdens het aanvraagtraject.

De schade die consument door het handelen van de bank lijdt bestaat uit het bedrag van de boete voor het te laat afnemen van de grond, de rente van een tijdelijke noodfinanciering, notariskosten en het renteverlies doordat hij geen gebruik heeft kunnen maken van de meeneemregeling.

ING: "De consument had de grond aangekocht voordat hij wist of hij een financiering zou kunnen krijgen. Het risico daarvan dient voor zijn rekening te blijven. De consument heeft geen enkel bewijs overgelegd voor zijn stellingen over de vermeende toezegging. De bank betwist ook de door de consument gestelde schade."

Ook zegt ING dat de consument te laat aan de bel heeft getrokken over de verkregen financiering. ING stelt dat de consument de op hem rustende klachtplicht van artikel 6:89 BW heeft geschonden.  De commissie is het hiermee eens.  Ten aanzien van de klacht over het verloop van het aanvraagtraject voor de hypotheek oordeelt de commissie dat de klacht niet behandelbaar is op grond van vraag 1 van het reglement. "De commissie overweegt ten overvloede dat ook als klachtonderdeel II welbehandelbaar zou zijn, de daarin vervatte klacht zou worden afgewezen. Als uitgangspunt geldt namelijk dat de bank een ruime mate van beleidsvrijheid toekomt. Dat betekent dat de bank in beginsel zelf mag bepalen hoe zij het aanvraagtraject inricht en welke gegevens zij nodig heeft om de aanvraag te kunnen behandelen. De bank heeft toegelicht dat zij het risico goed wilde onderzoeken alvorens een financiering te verstrekken. De laatste relevante stukken daartoe verkreeg ze in maart 2020 en vlak daarna heeft zij een offerte uitgebracht. Dat de bank daarbij in strijd met de wet of onaanvaardbaar zou hebben gehandeld is niet gebleken."

De vordering van de consument is afgewezen.

Reactie toevoegen

 
Meer over
Verduurzaming bedrijven op lager pitje

Verduurzaming bedrijven op lager pitje

De verduurzaming onder Nederlandse bedrijven blijkt, na een versnelling in 2023, te stagneren in 2024. Deze stagnatie wordt bij ondernemers vooral veroorzaakt door...

Kifid: alleen voorwaarden verstrekt via duurzame drager zijn rechtsgeldig

Kifid: alleen voorwaarden verstrekt via duurzame drager zijn rechtsgeldig

(Kifid- bindende uitspraak GC 2024-0125) Een verzekeraar (in dit geval Centraal Beheer) kan zich niet beroepen op een nieuwe voorwaarde in de verzekering als een...

"Beter samen optrekken dan naar rechter"

"Beter samen optrekken dan naar rechter"

Banken en milieuorganisaties kunnen beter samen blijven optrekken dan elkaar voor de rechter bestrijden. Dat zegt voorzitter Medy van der Laan van de Nederlandse...

Adviseurs minder tevreden over dienstverlening geldverstrekkers

Adviseurs minder tevreden over dienstverlening geldverstrekkers

De tevredenheid onder hypotheekadviseurs over de afwikkeling van de meeste hypotheekdossiers is in 2023 duidelijk afgenomen en die trend zet zich door in 2024, aldus...

Kifid: fraude bewezen, toch verkorting opname persoonsgegevens in EVR

Kifid: fraude bewezen, toch verkorting opname persoonsgegevens in EVR

(Kifid-uitspraak GC 2024-0007, bindend) Consumenten claimen in 2022 stormschade aan boeidelen aan de gevel van hun woning bij Nh1816. De verzekeraar heeft op basis...

Kifid: ook een premievrijmaking is een poliswijziging

Kifid: ook een premievrijmaking is een poliswijziging

(Kifid-uitspraak GC 2023-1009) Een consument is van mening dat het garantiekapitaal bij premievrijmaking op einddatum niet komt te vervallen. Aegon denkt daar anders...

Kifid: beide verkeersdeelnemers niet aansprakelijk voor ongeval

Kifid: beide verkeersdeelnemers niet aansprakelijk voor ongeval

(Kifid-mondelinge uitspraak GC 2023-0862, bindend) Bij een botsing tussen de consument en een tegenpartij is er discussie ontstaan of de weg waaruit de consument...

Kifid: lange doorlooptijd valt Rabobank niet te verwijten

Kifid: lange doorlooptijd valt Rabobank niet te verwijten

(Kifid-uitspraak GC 2023-0864, bindend) Consumenten verwijten de Rabobank een lange doorlooptijd waardoor een lager renteaanbod was verlopen. De Geschillencommissie...

Veldhuis Advies wint finale VVP Advies Award 2023

Veldhuis Advies wint finale VVP Advies Award 2023

(Uit VVP 5-2023) Veldhuis Advies heeft de finale gewonnen van de VVP Advies Award 2023. De andere finalisten waren ABC Pensioen en Sinior Financieel Advies. De...

Kifid: consument grof nalatig, toch vergoeding

Kifid: consument grof nalatig, toch vergoeding

(Kifid-uitspraak GC 2023-0779, bindend) Een consument is slachtoffer geworden van afpersing waarbij derden de beschikking hebben gekregen over zijn bankpas, pincode...