Vissen toch verzekerd

Vissen via Pixabay 2

(Kifid-uitspraak GC 2022-0982) De kostbare vissen van de consument zijn overleden doordat de waterpompen door een blikseminslag zijn uitgevallen. De consument heeft deze schade geclaimd. De verzekeraar heeft de schade aan de vissen niet vergoed, omdat (huis)dieren op basis van het Burgerlijk Wetboek geen zaken zijn en alleen roerende zaken zijn verzekerd. Daarnaast zijn volgens het normale spraakgebruik, zie de Van Dale, dieren niet aan te merken als inboedel. De Geschillencommissie oordeelt dat de lezing van de consument een redelijke lezing is. Hoewel een dier geen zaak is, zijn op grond van het Burgerlijk Wetboek de bepalingen met betrekking tot zaken op dieren van overeenkomstige toepassing. Vordering toegewezen.

De commissie: “Hoewel dieren volgens art. 3:2a lid 1 BW geen zaken zijn, bepaalt lid 2 van ditzelfde artikel “bepalingen met betrekking tot zaken zijn op dieren van toepassing, met inachtneming van de op wettelijke voorschriften en regels van ongeschreven recht gegronde beperkingen, verplichtingen en rechtsbeginselen, alsmede de openbare orde en de goede zeden. De commissie vindt daarom dat de consument in redelijkheid mocht begrijpen dat artikel 16 lid 4 sub a van de verzekeringsvoorwaarden ook van toepassing is op (huis)dieren.

“Artikel 16 lid 4 sub a van de verzekeringsvoorwaarden heeft ook als vereiste dat de roerende zaak onderdeel is van de particuliere huishouding van de verzekerde(n). De commissie is van oordeel dat een redelijke lezing meebrengt dat huisdieren in beginsel onderdeel uitmaken van de particuliere huishouding. Tussen partijen staat niet ter discussie dat de vissen van de consument huisdieren zijn en daarom is de schade aan de vissen gedekt onder de inboedelverzekering. Bovendien wordt in artikel 16 lid 6 van de verzekeringsvoorwaarden opgesomd wat niet onder inboedel en lijfsieraden valt. Hier wordt vee wel genoemd, maar overige (huis)dieren niet. Ook daarom is de lezing van de consument dat huisdieren onder de dekking vallen een redelijke lezing.”

De hoogte van het door de consument opgegeven schade- bedrag is niet betwist door de verzekeraar en daarom dient de verzekeraar een bedrag van 34.220 euro aan de consument te betalen.

Reactie toevoegen

 
Vragen schadeverleden gelden iedereen die belang heeft bij verzekering

Vragen schadeverleden gelden iedereen die belang heeft bij verzekering

(Kifid-uitspraak GC 2023-0933) De consument heeft nadat er brand is uitgebroken een beroep gedaan op zijn woonhuisverzekering. Door de verzekeraar is de schadeclaim...

Adviseur moet nagaan of polis correct is opgemaakt

Adviseur moet nagaan of polis correct is opgemaakt

(Kifid-uitspraak GC 2023-0919) Bij het afsluiten van een verzekering moet de tussenpersoon de aspirant-verzekeringnemer informeren over de precieze economische gevolgen...

Adviseur hoeft gegevens niet tot in detail te beoordelen

Adviseur hoeft gegevens niet tot in detail te beoordelen

(Kifid-uitspraak GC 2023-0912) De adviseur heeft voor de consumenten een aanvraag voor een hypothecaire geldlening ingediend bij een geldverstrekker. De consumenten...

Onzorgvuldigheid kost adviseur 20 mille

Onzorgvuldigheid kost adviseur 20 mille

(Kifid-einduitspraak GC 2023-0726B) In de tussenuitspraak heeft de Geschillencommissie geoordeeld dat de adviseur zijn zorgplicht heeft geschonden door na te laten...

Leren van Kifid-uitspraken hypotheken VVP 6-2023

Leren van Kifid-uitspraken hypotheken VVP 6-2023

(Leren van Kifid-uitspraken Hypotheken, Ken je vak! VVP 6-2023) Reikwijdte advies bij nieuwbouw HYPOTHEKEN – De consumenten wenden zich op enig moment...

Inbouwkookplaat is opstal, geen inboedel

Inbouwkookplaat is opstal, geen inboedel

(Kifid-uitspraak GC 2023-0909) Door een gevallen olijffles is er schade ontstaan aan de inbouwkookplaat van de consumenten. De verzekeraar dekt deze schade niet...

Geen schade ondanks premiestijging

Geen schade ondanks premiestijging

(Kifid-uitspraak GC 2023-0893) De verzekeraar heeft de consumenten pas geruime tijd na de renteverlaging van de hypotheek geïnformeerd dat ook de rentevergoeding...

Geen recht op duurzaamheidskorting

Geen recht op duurzaamheidskorting

(Kifid-uitspraak GC 2023-0894) De consument en zijn (inmiddels ex-)partner hebben in 2020 bij Florius een hypothecaire geldlening afgesloten met een rentevastperiode...

Verzaken zorgplicht inzake ORV kost adviseur 156.000 euro

Verzaken zorgplicht inzake ORV kost adviseur 156.000 euro

(Kifid-uitspraak GC 2023-0898) Heeft de adviseur uitvoering gegeven aan zijn waarschuwingsplicht? Uit de beschikbare documentatie blijkt niet dat de adviseur de...

DAS niet gehouden tot vergoeding meerkosten Kifid-procedures

DAS niet gehouden tot vergoeding meerkosten Kifid-procedures

(Rechtspraak) DAS hoeft de advocaatkosten van een klager bij Kifid niet verder te vergoeden dan volgens het Kifid-reglement. Dat oordeelt de kantonrechter. Volgens...