Kifid: verzekeringsvoorwaarden niet voor meerdere uitleg vatbaar

Kifid 2017 (deel logo)

(Kifid-uitspraak GC 2021-0707). Een consument verschilt van mening met BNP Paribas Cardif over de uitleg van de verzekeringsvoorwaarden. Volgens Kifid zijn deze echter wel duidelijk. De datum waarop de consument zich heeft ziekgemeld bij zijn werkgever heeft te gelden als de eerste dag van arbeidsongeschiktheid en dient als uitgangspunt te worden genomen bij de bepaling van de hoogte van het uitkeringsbedrag. De verzekeraar heeft het openstaande saldo op die datum uitgekeerd en heeft daarmee aan zijn verplichtingen voldaan. De klacht is ongegrond en de vordering wordt afgewezen, aldus de Geschillencommissie Kifid.

De consument heeft een creditcard van International Card Services (ICS) en neemt als verzekerde deel aan een collectieve ‘Gespreid Betalen Verzekering’ die is gesloten tussen de verzekeraar en ICS. De consument heeft zich op 10 november 2017 ziekgemeld bij zijn werkgever. Het openstaande saldo bij ICS bedroeg op dat moment 229,21 euro. Met ingang van 8 november 2019 heeft de consument een WIA-uitkering ontvangen. Op dat moment bedroeg het openstaande saldo bij ICS 5.441,08 euro.

De consument heeft op 26 mei 2020 een claim ingediend bij de verzekeraar vanwege arbeidsongeschiktheid. De verzekeraar heeft een bedrag van € 229,21 aan de consument overgemaakt. Dit was het openstaande saldo bij ICS op 10 november 2017.

De consument vordert echter een bedrag van 5.211,87 euro van de verzekeraar, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 19 oktober 2020. Dit bedrag is het verschil tussen het reeds door de verzekeraar uitgekeerde bedrag (229,21 euro) en het openstaande saldo op 8 november 2019 (5.441,08 euro). Als onderbouwing voert de consument aan dat de datum waarop de uitkering van het UWV is begonnen – zijnde 8 november 2019 – als uitgangspunt heeft te gelden voor het bepalen van de hoogte van de uitkering. Pas vanaf dat moment was de consument arbeidsongeschikt in de zin van de voorwaarden.  Verder zijn volgens de consument de voorwaarden onduidelijk en voor meerdere uitleg vatbaar. De contra proferentem-regel dient te worden toegepast. Ook kan het niet de bedoeling zijn dat er telkens een uitkering volgt na de eigen risicoperiode van negentig dagen, terwijl er (nog) geen sprake is van definitieve arbeidsongeschiktheid. De consument heeft de claim bij de verzekeraar ook pas ingediend na het moment dat hij definitief arbeidsongeschikt is verklaard door het UWV.

Uitspraak

De commissie concludeert dat de consument geen recht heeft uitkering van een aanvullend bedrag van 5.211,87 euro. Dit omdat de betreffende bepalingen in de voorwaarden niet voor meerdere uitleg vatbaar zijn. "In artikel 1 van de voorwaarden staat dat het verzekerd bedrag gelijk is aan de hoogte van het saldo dat openstaat bij ICS op de eerste dag van arbeidsongeschiktheid. Vervolgens staat in artikel 16.1 van de voorwaarden dat de eerste dag van arbeidsongeschiktheid de dag is waarop de aanvrager voor het eerst volledig ziek thuis is en dit ook zo staat gemeld bij zijn werkgever."

Tevens wordt in artikel 16.2 beschreven dat de aanvrager arbeidsongeschikt is als hij/zij door een ongeval niet meer kan werken. "Uit niets blijkt dat voor het bepalen van de eerste dag van arbeidsongeschiktheid aansluiting moet worden gezocht bij de datum waarop de uitkering van het UWV is begonnen. De stelling van de consument dat na de eigen risicoperiode van negentig dagen nog geen sprake is van definitieve arbeidsongeschiktheid en het daarom niet de bedoeling kan zijn dat er op dat moment al een uitkering volgt maakt het bovenstaande niet anders. Het staat een verzekeraar immers in beginsel vrij op eigen wijze de grenzen te omschrijven waarbinnen hij bereid is dekking te verlenen. Omdat sprake is van duidelijke voorwaarden is voor toepassing van de contra proferentem-regel geen plaats."

Volgens de commissie heeft de verzekeraar dan ook het juiste bedrag uitgekeerd. "De consument heeft zich op 10 november 2017 ziekgemeld bij zijn werkgever. Deze datum heeft te gelden als de eerste dag van arbeidsongeschiktheid en dient als uitgangspunt te worden genomen bij de bepaling van de hoogte van het uitkeringsbedrag. Het openstaande saldo bij ICS bedroeg op dat moment 229,21 euro. De verzekeraar heeft met de uitkering van dit bedrag aan zijn verplichtingen voldaan en hoeft niet aanvullend uit te keren."

Dit leidt volgens de commissie tot de conclusie dat de consument geen recht heeft op uitkering onder de verzekering van een (aanvullend) bedrag van 5.211,87 euro.

 

Reactie toevoegen

 
Kifid: slechte communicatie over aov, klacht toch ongegrond

Kifid: slechte communicatie over aov, klacht toch ongegrond

(Kifid-uitspraak GC 2022-0438) De consument heeft een arbeidsongeschiktheidsverzekering bij Loyalis (onderdeel a.s.r.). De consument is volledig arbeidsongeschikt...

(Bank)garantie BNP Paribas Cardif in aanbod FlexFront

(Bank)garantie BNP Paribas Cardif in aanbod FlexFront

Klanten van FlexFront kunnen voortaan een (bank)garantie aanvragen van BNP Paribas Cardif. “Bankgarantie Service is een mooie aanvulling op onze al bestaande...

Kifid: klachten over dwaling en misleiding door KoersPlan slagen niet

Kifid: klachten over dwaling en misleiding door KoersPlan slagen niet

(Kifid-uitspraak GC 2022-0349) Een consument heeft in 1994 een beleggingsverzekering, Aegon KoersPlan, afgesloten bij de verzekeraar. De verzekering is in 2009 tot...

Kifid: geen dekking voor gemist woongenot

Kifid: geen dekking voor gemist woongenot

(Geschillencommissie Kifid, bindende uitspraak 2022-0263, consument tegen Anac) Een consument heeft waterschade geleden door een lekkage in de badkamer en heeft...

BNP Paribas Cardif steunt JOGG met gezonder maken schoolomgeving

BNP Paribas Cardif steunt JOGG met gezonder maken schoolomgeving

BNP Paribas Cardif gaat JOGG (Gezonde Jeugd, Gezonde Toekomst) ondersteunen bij het gezonder maken van de schoolomgeving door gezondere voeding en water drinken...

Kifid publiceert nieuwe reglementen

Kifid publiceert nieuwe reglementen

Kifid actualiseert per 1 april de reglementen. Volgens Kifid worden ze toegankelijker en begrijpelijker voor gebruikers. Voor de klachten en beroepen die vóór...

Kifid wijst vordering hogere rentevergoeding InterBank af

Kifid wijst vordering hogere rentevergoeding InterBank af

(Kifid-uitspraak GC 2022-0219)  Consumenten stellen zich op het standpunt dat zij recht hebben op een hogere vergoeding dan dat de bank reeds aan hen heeft...

Huishoudens in beweging zetten

Huishoudens in beweging zetten

(Adfiz in VVP 01-2022) Om consumenten te laten nadenken over de financiële gevolgen van overlijden, arbeidsongeschiktheid en werkloosheid, startten BNP Paribas...

Kifid: klant mag contra-expert onderzoek laten verrichten

Kifid: klant mag contra-expert onderzoek laten verrichten

(Geschillencommissie Kifid uitspraak 2022-0180A). Een klant wordt in de gelegenheid gesteld om een contra-expert onderzoek te laten verrichten naar de schadeoorzaak...

Kifid: fraude bewezen, toch vergoeding schade

Kifid: fraude bewezen, toch vergoeding schade

(Geschillencommissie Kifid uitspraak 2022-0173) De consument, eigenaresse van een Audi A1, is samen met haar partner betrokken geweest bij een nachtelijke botsing...