Termijn van ’30 dagen’ in herinneringsbrief voldoet niet

Kifid 2017 (deel logo)

Met het noemen van een termijn van ’30 dagen’ (in plaats van ‘een maand’) in de herinneringsbrief wegens betalingsachterstand heeft Nationale-Nederlanden niet voldaan aan zijn waarschuwingsplicht, aldus de Geschillencommissie van Kifid. De consument mag er daarom van uitgaan dat de levensverzekering premiebetalend is blijven doorlopen en heeft recht op het oorspronkelijk verzekerde kapitaal (Uitspraak 2018-589).

Kijkend naar de maanden van het jaar die variëren van 28 tot 31 dagen per maand, zou de wettelijke term ‘een maand’ tenminste 30,4 dagen moeten zijn. Uitgaan van een termijn van ‘30 dagen’ kan worden gezien als een afwijking die uitpakt in het nadeel van de verzekerde of begunstigde. Dat mag wettelijk niet (artikel7:986 lid 3 BW).

De zus van een consument heeft begin 2000 een gemengde levensverzekering afgesloten bij NN. Deze verzekering voorziet in een uitkering van ruim 88.000 euro bij in leven zijn van de zus op 3 februari 2028 of bij eerder overlijden van haar. Eind 2016 is de zus overleden. De consument – die begunstigde is van de verzekering – is onaangenaam verrast wanneer blijkt dat de verzekering een bedrag van ongeveer 41.000 euro uitkeert. Dat is minder dan de helft van wat bij aanvang van de verzekering was afgesproken. Het blijkt dat de verzekering in september 2015 door de verzekeraar premievrij is gemaakt, vanwege een achterstand in premiebetaling. De verzekeraar heeft in 2015 drie herinneringsbrieven gestuurd. In de laatste herinneringsbrief geeft de verzekeraar de zus van de consument een termijn van 30 dagen om alsnog de achterstallige premie te voldoen. Omdat betaling uitblijft, wordt de verzekering premievrij voortgezet. Aan de zus wordt een nieuw polisblad gestuurd waarin het verzekerd kapitaal is gesteld op ruim 41.000 euro.

 

Reactie toevoegen

 
Aanvaarding overeenkomst hoeft niet uitdrukkelijk

Aanvaarding overeenkomst hoeft niet uitdrukkelijk

Aanvaarding van een overeenkomst hoeft niet uitdrukkelijk plaats te vinden. Dat stelt de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening in Uitspraak 2018-121. De...

Claimen binnen drie jaar

Claimen binnen drie jaar

Conform artikel 7:942 van het Burgerlijk Wetboek (BW) verjaart een rechtsvordering tegen een verzekeraar tot het doen van een uitkering door verloop van drie jaren...

Consument moet zelf polisblad controleren

Consument moet zelf polisblad controleren

De consument heeft de plicht om zelf het verstrekte polisblad te bestuderen en op juistheid te controleren. Die stelling betrekt de Geschillencommissie Financiële...

Geschillencommissie wijst claim van miljoen af

Geschillencommissie wijst claim van miljoen af

Een consument eist 1 miljoen euro vergoeding, de schade die hij zegt te hebben geleden wegens vermeend tekortschieten van zijn rechtsbijstanduitvoerder (SRK in opdracht...

Teleurgestelde verwachtingen...

Teleurgestelde verwachtingen...

Een kwestie van teleurgestelde verwachtingen. Van schending van de zorgplicht door de hypotheekadviseur is geen sprake. Dat stelt de Geschillencommissie Financiële...

Ommekomst...

Ommekomst...

London General nam te makkelijk aan dat een klant niet meer volledig arbeidsongeschikt was. Daarom moet de verzekeraar alsnog uitkeren van de Geschillencommissie...

Brommer geen rondvliegend voorwerp

Brommer geen rondvliegend voorwerp

Leren van Kifid-uitspraken SCHADE. Uit VVP 1 De geparkeerde bromfiets van de consument waait omver en raakt beschadigd. De polisvoorwaarden van zijn verzekering...

NNul op het rekest...

NNul op het rekest...

Verzekeraars hoeven de consument gedurende de looptijd van de verzekering niet te informeren over de prijsstelling van nieuwe vergelijkbare producten. De Geschillencommissie...

Zorgplicht vraagt actieve en voortdurende bemoeienis van adviseur

Zorgplicht vraagt actieve en voortdurende bemoeienis van adviseur

In het kader van de zorgplicht mag een consument van de verzekeringsadviseur gedurende de looptijd van de verzekering een actieve en voortdurende bemoeienis verwachten....

Bank hoeft echtelieden niet te informeren over elkaars vermogenspositie

Bank hoeft echtelieden niet te informeren over elkaars vermogenspositie

Het is aan de echtelieden onderling om elkaar desgevraagd te informeren over hun vermogenspositie. De bank is hierbij geen partij. Dat stelt de Geschillencommissie...